Project Description

Dundee-cutter / Loodsboot 1 met als thuishaven Oostende

De modelbouwers en vooral Paul Van Breedam hebben met veel engelengeduld meerdere jaren gewerkt aan een model naar een loodsboot die in 1902 gebouwd is op de werf van Van Damme te Baasrode.

Er zijn meerdere benamingen in omloop om dit type schip aan te  duiden: dundee-cutter, dandy-cutter, dandy-kotter. Het constructieplan op blz 76 in het boek ‘Zeilen tussen land en zee – Zeilloodsboten op de Vlaamse Banken en de Westerschelde’ van Jacques Leblanc en Freddy Philips benoemt de Loodsboot 1 met als thuishaven Oostende als dandy-cutter-pilote. Dit boek refereert trouwens naar Maurice Kaak.

Vanaf het midden van de 19de eeuw waren in Oostende drie loodsboten gestationeerd. Twee schepen lagen altijd op kruispost. De ene voor schepen die van de West kwamen, de andere voor schepen van de Oost. Het derde schip was een reserveschip, dat gebruikt werd ter aflossing van de kruisende schepen. Naast een schipper en zes matrozen vertoefden gewoonlijk drie loodsen, aan boord al naar gelang de trafiek van de zeeschepen… Gewoonlijk lagen de loodsboten twintig dagen buitengaats vooraleer zij afgelost werden en keerden dan voor vijf dagen terug naar de thuishaven. Loodskotters zijn over het algemeen snelle schepen. Koperen platen onder de waterlijn op de romp aangebracht, beschermden het schip tegen aangroei van wieren, die een nadelige invloed op de snelheid van het schip uitoefenden.

Met veel zin voor historische correctheid en precisie hebben de modelbouwers bij de bouw van dit model gezocht naar de juiste kleuren die de romp van dit schip zou gehad hebben. De schilderijen van John Henry Mohrmann (1857-1916), een scheepsportrettist waarvan met zekerheid is geweten dat hij in 1905 in België kwam schilderen, toont de loodsboten in een zwarte kleur met een grijsachtige tint onder de waterlijn.

Zodus is de romp van het model opnieuw geschilderd. Maurice Kaak heeft er een satijnvernis bovenop gezet, eerder mat dan glanzend.