Veelzijdig
Scheepsmodelbouw heeft al een lange geschiedenis achter de rug. Zowel vroeger als vandaag zijn er heel wat redenen te noemen voor modelbouw. Een opsomming.
Stafbekroning. Bron: Rijksmuseum van Oudheden, Leiden
Modellen kunnen ook een hulpmiddel zijn bij het ontwerpen en het bouwen van schepen. Neem nu de beroemde Engelse ‘Navy Board’-modellen van de 17de en 18de eeuw. Eens zo’n model goedgekeurd, volstond het elke afmeting te vermenigvuldigen met 48 of 54 met als resultaat de Royal Prince of de Sovereign of the Seas. Naargelang de bouw van het echte schip vorderde, werden sommige modellen gemaakt om de volgende stap in het bouwproces te plannen.
Scheepsmodellen zijn tevens een geschikt middel om uitvindingen te demonstreren. Ofwel door gehele schepen ofwel door bepaalde uitrustingsstukken – bijvoorbeeld een catamaran of een schip met een ophaalbare kiel – te tonen. Aan de hand van deze modellen kunnen ook patenten genomen worden.
Bij de minder spectaculaire blokmodellen is de romp uitgekerfd uit een blok hout. De details worden erop geschilderd. Deze werkwijze maakt het mogelijk tijd te winnen. Tot in het begin van de 20ste eeuw gebruikte men vooral op kleine werven deze blokmodellen om de scheepslijnen van kleine vaartuigen te bepalen. Soms was het mogelijk deze modellen zowel verticaal als horizontaal uit elkaar te nemen om zo de vormen van de spanten en de waterlijnen te bepalen.
Testtankmodellen dienen om de snelheid en de golfweerstand van een schip te bepalen. In windtunnels test men de invloed van de Wind.
Religie is de oudste reden. Modellen met religieuze inslag zijn teruggevonden in de graven van de farao’s. Ook de Grieken maakten replica’s van hun galeien. Op het einde van de Middeleeuwen hing men scheepsmodellen – de votiefmodellen – op in de kerk als dank voor een miraculeuze redding of als bescherming tegen rampen op zee.
Matrozen bouwden talloze modellen tijdens de lange overtochten naar bijvoorbeeld Australië. Modellen dienden al eens als betaalmiddel om rekeningen in zeemanskroegen of huizen van plezier te vereffenen.
Als representatie of geschenk ontvingen hoogwaardigheidsbekleders een model. Er is ooit een model van conservator en gerenommeerd modelbouwer Jules van Beylen overhandigd aan één der leden van de koninklijke familie bij de opening van het toenmalige Scheepvaartmuseum van Antwerpen.
In beroemde zeilwedstrijden krijgen de overwinnaars modellen als wedstrijdtrofee. Soms zijn deze uit zilver vervaardigd. Bij wisseltrofeeën wordt dan telkens de naam van het overwinnend jacht erin gegraveerd.
Scheepsbouwers maakten gebruik van reclamemodellen tijdens de gesprekken met hun toekomstige klanten.
Modellen kunnen ook als versiering prijken in burelen of salons. De rederijen en de Nautische Commissie bij de Rechtbank van Koophandel van Antwerpen zijn hiervan een goed voorbeeld. Deze insteek blijft nog altijd de hoofdreden voor het maken en verzamelen van modellen.
Modellen om te varen op een vijver of gemaakt voor het bouwplezier vallen onder de noemer vrije tijd.
Modellen spelen ook een rol bij de opleiding van scheepsingenieurs en dekofficieren. Er bestaan varende modellen waarin één persoon kan plaatsnemen. Zo leert men manoeuvreren met bijvoorbeeld een supertanker. Deze opleiding is terug te vinden bij o.a. de dokloodsen van de haven van Antwerpen. Ten tijde van oorlog helpen kleine schaalmodelletjes bij het herkennen van scheepstypes.
Dit type model wordt gemaakt van schepen die men ontdekt bij opgravingen. Zoals bijvoorbeeld in het geval van de Doelse kogge. Archeologen trachten op deze manier schepen te reconstrueren waarvan men slechts een deel terugvindt. Zo krijgt men een juist inzicht in de constructie of het uitzicht van het schip. Deze modellen zijn vaak bestemd voor musea.